Daodejing
De Daodejing kan op vele manieren gelezen worden: als filosofisch werk, als richtlijn voor het leven of als strategie om je op vreedzame wijze te handhaven in een wereld in verval. Het is een van de grote Chinese klassieken.
Het werk ontstond in een van de woeligste tijden in China, rond 350 voor Christus. De 81 hoofdstukken waaruit het is opgebouwd zijn een zich steeds verdiepende meditatie over de Weg, ‘de oorsprong van Hemel en Aarde’. Ze zijn gegoten in een poëtische vorm, vol aforismen en antithesen, en hebben ondanks alle tegenstrijdigheden een grote innerlijke samenhang.
Sinds de Daodejing ruim anderhalve eeuw geleden voor het eerst in een westerse taal werd omgezet, is het op de bijbel na het meest vertaalde werk. Volgens de mythe schreef Lao Zi dit boek van pure wijsheid op de grens van leven en dood. Daarna bereikte hij de onsterfelijkheid. Dat overkwam ook zijn boek, na 2500 jaar heeft het nog niets van zijn kracht verloren.
Hans van Pinxteren (Martinus Nijhoffprijs 1980, Elly Jafféprijs 2001) vertaalde o.a. De essays van Montaigne. Hij verdiepte zich een leven lang in Lao Zi. Op grond van deze ervaring ontstond zijn vertaling Daodejing – de Weg, de Kracht: een hommage.
Tiddo –
Wat een prachtige, poëtische en kernachtige vertaling van Daodejing. Ik had vijf vertalingen geprobeerd, en telkens het gevoel dat ik niet bij de intuïtieve kern van Dao (Tao) kwam. En die kern is vooral eenvoud lijkt me, geen intellectualisme, bloemrijke uitweidingen, al te zeer particuliere interpretaties, of meer voet- en eindnoot dan de eigenlijke tekst van Laozi.
Bij deze vertaling van Hans van Pinxteren voelt alles naturel. Zoals de volgende zinnen die elders vaak erg ingewikkeld of archaïsch geformuleerd worden:
Heeft hij zijn werk gedaan
dan hecht hij er niet aan
Hij hecht er niet aan
daarom kan hij verder gaan
Nogmaals complimenten voor deze uitgave!