…voor inspiratie, levenswijsheid en bezinning

Archive for the ‘Artikel’ Category

Mannen

De laatste tijd komen er opvallend veel mannen voor een energetisch consult.
Het is altijd eervol wanneer iemand wat van zichzelf laat zien. Zowel in het echt als tijdens een energetisch consult. Voor veel vrouwen is de ‘ongeziene’ wereld vertrouwd terrein en zij weten er vaak aardig de weg. Voor mannen is dat anders en ik begin steeds beter te begrijpen waarom. Naast dat het angstig kan zijn als je ergens niet zo goed de weg weet, geeft het je ook het gevoel dat je tekort schiet. Omdat je dan afhankelijk bent van de welwillendheid van anderen om je te ‘gidsen’. Dat is voor veel mannen een onmogelijke positie om comfortabel mee om te gaan.

Van jongs af aan dien je ‘het’ als man zeker te weten en als je ‘het’ niet zeker weet moet je toch tenminste laten zien dat je er alles aan doet om tot een eindconclusie te komen. Het ontkennen van ongeziene dimensies van onze realiteit is by far de snelste manier om tot zo’n eindconclusie te komen. De mannen die ik spreek, willen dat echter niet (meer). Meestal komt deze wens op een punt dat er eindelijk rust en ruimte is om tijd alleen door te brengen, in stilte met zichzelf. Zoals na de verkoop van een bedrijf, na een scheiding, na een pensioen, na een ziekteperiode… etc.

Wat me opvalt is dat veel mannen kampen met een schaamte over wie ze nog meer zijn. Een schaamte over de persoonlijke delen die nog niet helder, afgebakend, gedefinieerd, of hapklaar zijn. Het gevolg is dat deze mannen een maatschappelijk masker hebben doorontwikkeld dat functioneert en waaraan een heleboel opgehangen is. Het masker is slechts een kopie van zichzelf. Ze laten de wereld een papieren versie van zichzelf zien; alsof die uitklap-poster hem op ware grootte voorstelt. Op het moment dat ze niet langer kunnen ontkennen dat ze het contact met hun echtheid missen, zit er niets anders op dan op zoek te gaan… Rugdekking voor het moment dat de uitklap-poster in elkaar zakt.

De ‘reparatie economie’ bestaat voornamelijk uit vrouwen maar de meeste vrouwen zijn helemaal niet in staat om mannen bij hun eigen hart te brengen. (De plek waar zij hun ‘echtheid’ kunnen vinden.) Zonder papieren versie van zichzelf kunnen mannen pas tot volle grootte komen.

De angst dat het ware mannen-‘ik’ een klein, onzeker jongetje is, dat niets voorstelt, weerhoudt veel mannen ervan om zichzelf volledig te laten kennen. Terwijl de mannen die ik zie juist prachtig, veelkleurig, multidimensionaal en warmhartig zijn, met een grote innerlijke diversiteit en diepgang. Veel meer dan ze in hun dagelijkse leven tonen aan de buitenwereld. Hun poster versie verbleekt naast die héle man.

De wereld heeft de héle man nodig. De man die contact met je maakt vanuit zijn volledigheid. De man die zich zonder zijn uitklap-poster groot voelt. Veel mannen hebben nog veel meer te geven dan ze denken.

Het ‘ontstaan’ van Ramana Maharshi over gewaarzijn

Het volgende is een kort verslag van het ontstaan van de vertaling van Guru Vachaka Kovai door de eindredacteur van het vertalerscollectief dat hier vele jaren aan heeft gewerkt.

Al enige decennia was ik op zoek naar wat echt belangrijk is in het leven, toen ik een jaar of twintig geleden op het spoor kwam van Ramana Maharshi, een indiase guru die zich van kinds af aan intensief met die zoektocht heeft beziggehouden. Tot zijn dood in 1950 verbleef hij, zonder enig bezit, aan de voet van de berg Arunachala bij het stadje Tiruvannamalai in Zuid-India en ontving daar zoekers van over de hele wereld.

Heel kort door de bocht is zijn overtuiging dat wij mensen onszelf te kort doen, doordat wij niet leven vanuit het ‘gewaarzijn’ dat we ten diepste zijn, maar ons tevreden stellen met een namaak-bewustzijn in de vorm van ons denken, waaraan wij in de loop van ons leven verslingerd zijn geraakt. Dit ‘ego-denken’ heeft ons, volgens Ramana, wijs gemaakt dat ik een lichaam ben met gedachten en gevoelens en dat ik geboren ben en ook weer dood moet. De zin van het leven, volgens Ramana Maharshi, is diepgaand onderzoeken wie ik werkelijk ben. Wanneer ik dat intensief en vasthoudend doe, dan kan het niet anders dan dat ik uiteindelijk ‘sterf’ als het individu dat ik denk te zijn, en weer één word met het Gewaarzijn dat ik in feite altijd al was.

Een Indiase dichter, een zekere Muruganar, tekende 30 jaar lang dagelijks uit de mond van de meester op wat hem van belang leek in verband met de vraag naar de zin van het leven. Hij gaf deze uitspraken weer in verzen die hij vervolgens op juistheid liet checken door meester Ramana zelf. Zo ontstond er tussen 1920 en 1950 langzamerhand een gezaghebbende bundel uitspraken van Ramana Maharshi in versvorm, de ‘Guru Vachaka Kovai’, een guirlande van uitspraken van de guru.

Een jaar of twintig geleden vond ik een Engelse vertaling van deze verzenbundel bij de toenmalige spirituele boekhandel Au Bout du Monde in Amsterdam. Ik werd er erg door gegrepen, omdat de verzen veel praktische psychologische handvatten aanreiken om los te komen van het dwingende denken dat ons klein houdt en vaak ook ongelukkig maakt.

Ik gaf het boek ook aan enkele vrienden en allen vonden de teksten zo inspirerend dat het idee ontstond om de verzen te gaan bestuderen en weer te geven in het Nederlands. Na enig zoeken vonden we nog twee andere Engelse vertalingen van de verzen met uitgebreide commentaren. Op basis van die drie beschikbare vertalingen begonnen we eind 2010 regelmatig bij elkaar te komen met een groepje van acht vrienden en een jaar later kwamen daar nog zeven andere vrienden bij.

Van 2010-2017 bestudeerden we in ongeveer 70 sessies iedere keer 20 verzen. Na elke sessie kwam ik als ‘eindredacteur’ middels een strenge redactie tot een ‘semi-definitieve’ vertaling die in de volgende sessie door de groep werd bijgesteld, voordat we weer aan een nieuwe serie van 20 verzen begonnen.

Deze bijeenkomsten waren behalve gezellig, voor ieder van ons ook erg inspirerend, omdat wat er aan de orde kwam heel precies uitnodigde om te onderscheiden wat meer tot het denken, tot het ego en het automatische behoort en wat meer tot het vibrerende, levende domein van Gewaarzijn. De teksten leerden ons keer op keer dat we naast het golfje aan de oppervlakte waarmee we zo bekend zijn, ook de peilloze oceaan daaronder zijn, waar we gedurende ons dagelijks leven meestal maar weinig weet van hebben.

Maar ook voor wie wel inziet dat wij uiteindelijk meer Gewaarzijn zijn dan bijvoorbeeld ons lichaam, is het niet makkelijk om daadwerkelijk vanuit dat inzicht te leven. Daarvoor is het ego met zijn automatische en dwingende denkreflexen veel te machtig. Om los te komen van het ego is het in de eerste plaats nodig telkens opnieuw in te zien hoe het ons gevangen houdt en dagelijks tijd vrij te maken om open te staan voor Gewaarzijn.

‘Het bekijken van het medicijn is niet voldoende’, zegt Ramana, ‘je moet het ook daadwerkelijk innemen.’ En niet één of twee keer, nee je moet dat inzicht keer op keer op je in laten werken, er mee oefenen, zoals je om een goeie pianist, zanger, medicus of wat dan ook te worden, flink moet studeren. En juist dit kan, zo is mijn ervaring, in hoge mate zin aan het leven geven.

In 2017 was de hele verzenbundel vertaald. Daarna heb ik nog een jaar besteed aan de definitieve redactie, mede aan de hand van een vierde vertaling direct uit het Tamil, die ik bij toeval ontdekte op internet. Deze maand is het boek uitgekomen bij Uitgeverij Juwelenschip onder de titel ‘Ramana Maharshi over Gewaarzijn’. De vreugdevolle voleinding van een langdurig project.

 

Gerard van Hooff
Eindredacteur

 

Over commitment tussen leraar en leerling

Teisho uitgesproken op 1 december 2018 voor de Zen Cirkel Lelystad door Maurice Genko Knegtel Roshi. Deel 2.

Roshi: Wat zoek je in een leraar? Is het verlangen, de vraag sterk genoeg om weerstanden te overwinnen? Ik kwam als academisch geschoold filosoof en voormalig lid van de kraakbeweging als student bij Genpo Roshi. Ik ben altijd zeer kritisch geweest naar mijn leraar en toch hebben we een intieme band met elkaar. Genpo was geen wetenschapper, hij was een sportman, een waterpolospeler op Olympisch niveau. Ik had een passie: ik wilde zien wat dit leven is, wie ik ben. Ik zocht een leraar in wie ik vertrouwen kon hebben, die mij kon helpen mijn blinde vlekken te ontdekken. Advaita vedanta, de Tibetanen noch de filosofie konden mij de antwoorden geven waarnaar ik zocht. Genpo is zo ongeveer het tegenovergestelde van mij, maar voor mijn zenweg was hij de ideale match. Hij was direct, werkte zonder omwegen, kon spiritueel bij mij binnenkomen, mij uitdagen.

Het is aan anderen nauwelijks uit te leggen wat je in zen nou precies doet, wat je hier vanmiddag hebt zitten doen. Het kan zeer ondersteunend zijn met mensen samen te komen die hetzelfde doen, zodat je niet alleen met deze diamant rondloopt. Dat vraagt een commitment aan de groep. Als we kijken naar gradaties, dan is de mate van commitment aan een leer of een groep nog wat anders dan het commitment aan een leraar. Een leraar kan je confronteren, dingen vragen, spiegelen. Een leraar kan bepaalde knoppen indrukken die niet prettig zijn. Het is de meest lastige vorm van commitment.

Student: Je moet ook durven leerling te zijn.

Roshi: Precies. Het betekent dat je je committeert aan elke kant van jezelf, kanten die je zelf liever niet ziet. Het echte committeren aan jezelf is onwijs moeilijk. Dat is waarom deze tradities zijn ontstaan, met deze leer, deze vormen van beoefening, met een leraar en beoefening in een groep. Daarin heb je bepaalde gradaties die je teruggeven wat je niet kunt of wilt onder ogen komen. Het echte committeren is het committeren aan jezelf. En daar hoort ook bij het inzicht krijgen in het sjoemelen dat je voortdurend doet. Sommigen zeggen: ik heb het leven als leraar. Dat is mooi, totdat het echt spannend wordt, en je iets tegenkomt wat je  toch liever niet onder ogen wilt komen. Dan wordt het sjoemelen. Een leraar houdt je strak.

Student: Het is ook een jezelf herinneren.

Roshi: Dat is de kern van dit pad, jezelf herinneren wie je bent. We zijn als mens een meester om onszelf een rad voor ogen te draaien. Wat mij op mijn weg zette, was het sterven van mijn  vader toen ik 15 was. Ik had het leven uit hem zien wegtrekken en vroeg me af: wat is dit? Die vraag heeft me niet meer losgelaten. En uiteindelijk wist ik ook, ik kom daar zelf, met al mijn intellectuele capaciteiten en hartstocht, niet uit. Ik heb iemand anders nodig die me begeleidt.

Er zijn gradaties van commitment. Je kan een commitment voor jezelf houden. Je kan er ook voor uitkomen. Sprekend over kwetsbaarheid. Het commitment zelf is op zich al kwetsbaar. Je hebt geen idee waar je in stapt. En om vervolgens dat ook nog publiekelijk te erkennen, is de kwetsbaarheid in het kwadraat. Aan jukai, het uitspreken van de zestien voornemens tot boeddhist, gaat een andere kleine ceremonie vooraf, shoken. Iemand vraagt een ander om diens leraar te worden. De leerling committeert zich in de shoken ceremonie tot de leraar en de leraar tot de leerling.

Student: Het is spiritueel uit de kast komen. Ik word binnenkort tot boeddhist gewijd. Ik ben er al een jaar mee bezig en ik voel heel goed wat er straks gaat gebeuren. Het is voor mij een oefening in overgave, vertrouwen hebben en dat vertrouwen uitspreken. Ik kan mezelf gek maken met duizend redenen om het niet te doen en aan mijn angst toe te geven. Naarmate de datum nadert, word ik er steeds weer aan herinnerd en uitgenodigd tot overgave.

Roshi: Aan shoken en aan jukai gaat het nodige geworstel vooraf. Maar vanaf het moment dat je er echt voor gaat staan, is er altijd een herinnering in de tijd. Je hebt de ceremonie, en bij jukai concreet, de rakusu, die het commitment gaan ondersteunen. In het alledaagse leven kun je er telkens naar terug, als herinnering aan het feit: Ik ben er voor gaan staan. Elke bekrachtiging is een markeringspunt om het commitment verder te dragen en te verdiepen.

De zentraditie kent daarbij een interessant aspect: de leerling kan op ieder moment afhaken. De leraar niet. In andere tradities kunnen leraren afstand nemen van hun leerling. Niet in deze zentraditie. De leraar staat altijd achter de leerling, ook als die vertrokken is. Je kunt je commitment ombuigen en je kunt ook weer terugkeren. En het gaat bij een bekrachtiging ook niet zozeer om boeddhisme, het gaat erom te staan voor wie je  bent. Het heeft niks esoterisch, het is een upaya, een pedagogisch middel. En je krijg er een grote vraag bij: wat nu? Hoe ga ik het doen? Hoe kan ik een goede leerling zijn? Tijdens jukai spreekt de student zich uit: Mijn leven is het leven van de Boeddha. Prachtig. En de dag daarop stapt hij of zij in de auto en staat vast in de file en herinnert zich: Mijn leven is het leven van de Boeddha! Verdorie, wat nu?

Deze workshop stond in het teken van de herdenking van Kees Bastiaanse. Kees overleed op 31 juli 2018. Hij was sinds 2007 cursist bij Zen Cirkel Lelystad.

Maurice Genko Knegtel Roshi leidt op zondag 16 juni 2019 een studie zen zondag in het Graalhuis te Utrecht met als thema het onwaarschijnlijke ontstaan van zen in China. Voor meer informatie en opgave, zie: https://izen.nl/zen-meditatie/

En… Alle voordrachten over de Hsin Hsin Ming, het beroemdste gedicht van zen in China, zijn nu via de Podcast te beluisteren Klik op: https://izengenko.podbean.com/

Tips tegen voedselverspilling

Deze maand stond er in de krant dat veel mensen altijd het achterste product uit de schappen pakken, om zo een product met een lange houdbaarheid in huis te halen. Door deze tactiek moeten supermarkten dagelijks veel verse producten weggooien. Om deze reden is er nu een dynamisch prijskaartje ontwikkeld, waarbij de prijs afhankelijk is van de houdbaarheidsdatum.

Er belandt ontzettend veel voedsel in de prullenbak. Onderzoekers hebben gekeken waar de meeste winst te boeken is, en dat blijkt bij de consument te zijn (1). Hoewel de producenten, transportsector en supermarkten ook bijdragen aan voedselverspilling, blijkt de consument naar schatting 40% – 45% van het in huis gehaalde voedsel weg te gooien (2).

Tips tegen voedselverspilling:

  • Producten met een THT, tenminste houdbaar tot, zijn vaak nog lange tijd na het overschrijden van de datum prima te gebruiken. Vooral houdbare voedingsmiddelen, zoals rijst, lenen zich hier goed voor. Verwar de THT- niet met de TGT-datum. TGT staat voor ‘te gebruiken tot’ en die staat op kort houdbare artikelen.
  • Gooi restjes niet weg, maar eet ze de volgende dag op. Invriezen kan ook, om vervolgens op zaterdag alle restjes als een soort van tapas te eten. Vroeger hadden we woensdag gehaktdag en nu zaterdag kliekjesdag?
  • Als je een onregelmatig leven hebt, kun je ook vaker kiezen voor diepvriesvoeding. Deze kun je benutten wanneer nodig, maar ook nog laten liggen wanneer het allemaal anders loopt dan gepland. Diepvries bevat naar verhouding vrij veel vitaminen en mineralen. Omdat verse voeding vaak al dagen oud is heeft het veel verloren aan voedingswaarde (3, 4, 5).
  • Gebruik een maatbeker die aangeeft hoeveel je per persoon nodig hebt. Zo voorkom je dat je te veel klaarmaakt.
  • Durf in een restaurant om een ‘doggy bag’ te vragen wanneer je voedsel over hebt. Deze gewoonte is overgewaaid uit Amerika en in ons land inmiddels helemaal ingeburgerd.
  • Plan de maaltijden enkele dagen vooruit. Doe vervolgens boodschappen met een lijstje, zodat je het aantal impulsaankopen vermindert. Met een volle maag boodschappen doen helpt ook. Probeer aanbiedingen zoals ‘3 halen 2 betalen’ op producten met een korte houdbaarheidsdatum te weerstaan.
  • Kijk voor het boodschappen doen even in de kasten wat je allemaal nog in huis hebt, zodat je weet wat je nog kunt benutten. Zo koop je niets dubbel.
  • Koop voedingsmiddelen met een korte houdbaarheidsdatum als je weet dat je iets dezelfde dag op gaat maken.
  • Verse kruiden kun je fijnsnijden en invriezen met olijfolie in een ijsvorm en later gebruiken als smaakmaker voor gerechten.
  • Verdiep je in hoe je voeding het beste kunt bewaren. Brood wordt in de koelkast heel snel oud door uitdroging, maar blijft heerlijk vers in de diepvries. De meeste groente en fruit blijft juist weer langer goed in de groentela van de koelkast.
  • Durf ook minder mooie groente en fruit in je mandje te leggen. Als niemand ze koopt, worden ze uiteindelijk weggegooid. Qua voedingswaarde zijn ze net zo gezond.
  • Zet je koelkast ietsje kouder en controleer de temperatuur. Tussen de 4 – 6 graden is ideaal om het meeste voedsel langer goed te kunnen houden.
  • Als je toch te veel van iets hebt, kun je het meestal verwerken in een gerecht dat je kunt invriezen. Als je veel rijpe bananen hebt, kun je bijvoorbeeld bananenbrood bakken en dat in plakjes invriezen voor de lunch.
  • Bekijk wat er het langste in de koelkast ligt en verwerk dat in het avondmaal. Dat is het principe van first in, first out.
  • Check regelmatig even je voorraadkast op producten. Bedenk vervolgens een recept met het product dat tegen de houdbaarheid aanzit.
  • Gebruik je zintuigen. Als je twijfelt of iets goed is, bekijk het dan goed en ruik eraan. De reuk vertelt meestal veel over de staat van de voedingsmiddelen.

Vacumeren
Door voedsel te bewaren in bakken en zakken zonder zuurstof, kun je deze tot 5 keer langer bewaren (6). Je hoeft dus minder weg te gooien. Daarbij blijven niet alleen de vitamines bewaard, ook blijft de smaak intact. Omdat je minder eten hoeft weg te gooien, is dat voor zowel het milieu als je portemonnee een enorme jaarlijkse besparing. Het vacumeren van voedsel zorgt ervoor dat zich minder allergenen ontwikkelen zoals histamine (7). Verse blauwe bessen zijn normaal enkele dagen houdbaar, maar onder vacuüm ruim een week. Noten worden na 30 dagen steeds zachter, maar door ze te vacumeren blijven ze een half jaar lekker. Koffie en thee behouden normaal 30 – 60 dagen hun aroma, maar met vacuüm minstens een jaar (8).

Nieuw: de Foodsaver
Al lang zocht ik naar een goed vacumeerapparaat, maar telkens was deze niet BPA-vrij. Eerder dit jaar kwam ik op Amazon de Foodsaver tegen voor ruim 100 dollar. De reviews waren erg goed, bijna 5 sterren (9). Ik heb het apparaat in huis gehaald en ben er erg tevreden over. Het vacumeren zelf maakt wat lawaai, maar vervolgens kun je zo veel langer je voedsel goedhouden. De smaak blijft bewaard. Ook zo fijn dat de voedingswaarde behouden blijft: ik wil niet meer zonder. Ik heb Foodsaver gevraagd of we dit apparaat ook in onze webwinkel mogen aanbieden en dat zagen ze wel zitten 😉 Daarom hebben we de Foodsaver en de bewaardozen en -zakken nu nieuw in de webwinkel. Deze week krijg je op deze artikelen 10% korting met de code Vers10 in onze webshop

Gezonde groet,
Juglen Zwaan
aHealthylife.nl

Over commitment

Teisho uitgesproken op 1 december 2018 voor de Zen Cirkel Lelystad door Maurice Genko Knegtel Roshi. Deel 1.

Roshi: Goedemiddag. We willen in deze workshop enig inzicht verkrijgen in het fenomeen commitment in het kader van ons spirituele pad. Wat kleeft er voor jullie aan vast? We kunnen dit in enkele vragen articuleren.

Wat roept commitment op? Waarom zouden we ons committeren? Waaraan committeren we ons? Wat zijn de verschillende gradaties of verdiepingen als het gaat om jezelf committeren?

Commitment is niet zo gemakkelijk te vertalen. Er zit een zekere verplichting aan commitment. We gaan het vanmiddag onderzoeken. Als we kijken naar de eerste vraag. Wat roept het op? Verzet en ergernis of juist niet?

Student: Vertrouwen, het geeft richting aan je beoefening.

Student: Het is belangrijk. Het toont je blinde vlekken.

Student: Het wekt angst.

Roshi: Wat gebeurt er wanneer je je committeert? Je geeft iets uit handen. Het maakt jezelf kwetsbaar. Wat hierbij opvallend is: wij mensen voelen ergens wel aan wat ons te doen staat. Maar als we het hebben over het geestelijk pad, dan kost het ons soms jaren om  een bepaalde stap te zetten. Dat heeft alles met angsten te maken, met verzet, weerstand, onzekerheden. We zitten zo vanwege de werking van ons bewustzijn in elkaar. Wat we weten, diep in ons hart, plaatsen we vaak buiten onszelf, op een afstand van onszelf. Die afstand kan tijd kosten, soms tientallen jaren, terwijl die afstand er in feite nooit is geweest. Iets zegt ons waar ons pad is en toch… iemand noemde zojuist blinde vlekken. Dat was voor mij de enige reden met een leraar in zee te gaan. Ik moest het doen omdat ik het zelf niet kon zien.

Student: Juist in de angst, het verzet, daar lag voor mij de vrijheid. Door boeddhist te willen worden ging ik iets doen wat in eerste instantie veel weerstand op riep. Daar wilde ik doorheen. Iets zette me daartoe aan. Je doet iets terwijl je eigenlijk op de rem wilt staan.

Roshi: Vrijheid, inderdaad. Als je datgeen waartegen je zoveel weerstand voelt kunt pacificeren voor jezelf kun je op dat gebied vrij zijn. Als je angst of weerstand hebt tegen iets dan is het juist zaak het aan te gaan. Vrijheid ontstaat door dat te doen waartegen je hele systeem ‘nee’ zegt.

Wat ik geregeld tegenkom, is de vraag: is het noodzakelijk een leraar te hebben? Het is niet altijd nodig, het is niet verplicht, het is afhankelijk van je diepste wens. Stel dat je voor jezelf dieper wilt gaan en verder wilt komen. In dat geval is de kans groot dat je blinde vlekken tegenkomt en dient te onderzoeken. Juist wanneer je patronen liever niet onder ogen wilt komen, heb je iemand anders nodig om jezelf te kunnen spiegelen. De verbinding met een leraar helpt je over drempels, reserves en grenzen heen die in je systeem liggen. Je committeert je als je iets heel graag wilt, als het verlangen groter is dan wat je eigen beperking je kan geven.

Student: Ik ben mijn zenweg gegaan vanuit verlangen. Dat leidde tot een keuze. Ik ontkwam er niet aan. Ik kon mijn weerstand loslaten en daardoor heel veel lucht, ruimte ervaren. Ik moest echt door een aantal fasen heen.

Student: Ik heb me altijd aan mijn ouders gecommitteerd, mijn broer en zussen hebben datzelfde. Ik denk wel eens, zou ik niet een zenleraar of -lerares moeten hebben maar bij ons thuis waren onze ouders altijd al onze leraren.

Roshi: In Zuidoost Azië bestaat een heel natuurlijke verering en groot respect voor de ouders,  die hebben een centrale plaats in de samenleving. Dat is in het westen vaak anders. Hier praten we niet zelden over de noodzaak juist een afstand naar onze ouders te creëren om onszelf te kunnen zijn.

Student: Ik voel me gecommitteerd aan mijn begeleider op de zenweg. Maar ik voel tegelijk ook een grote weerstand naar commitment aan de traditie, de lineage. Leraren hebben in mijn ogen een voorbeeldfunctie wat ze in mijn ogen lang niet altijd waarmaken.

Wordt vervolgd. Maurice Genko Knegtel Roshi leidt op zondag 16 juni 2019 een studie zen zondag in het Graalhuis te Utrecht met als thema het onwaarschijnlijke ontstaan van zen in China. Voor meer informatie en opgave, zie: https://izen.nl/zen-meditatie/

 

En… Alle voordrachten over de Hsin Hsin Ming, het beroemdste gedicht van zen in China, zijn nu via de Podcast te beluisteren Klik op: https://izengenko.podbean.com/

De liefde en je gezondheid

Beste lezer,

Deze nieuwsbrief gaat vaak over het effect van voeding op onze gezondheid. Dit keer wil ik graag een uitstapje maken en bespreken wat de effecten zijn van je liefdesrelatie op je gezondheid. Je kunt nog zo gezond eten en leven, als je relatie niet in balans is, kan dit je gezondheid alsnog ernstig schaden. Welke effecten kan een relatie op je leven hebben volgens de wetenschap? Hoe houd je je relatie gezond volgens psychologen? In deze nieuwsbrief hierover meer!

Het huwelijk
Onderzoekers hebben meermaals vastgesteld dat de kwaliteit van je huwelijk effect kan hebben op je gezondheid (1). Een ongelukkig huwelijk kan de gezondheid schaden, terwijl een gelukkig huwelijk je gezondheid juist ten goede kan komen (2). Mensen met een goed huwelijk hebben een hogere overlevingskans bij kanker (3, 4). Ook het risico op het krijgen van een hartaanval, wordt door een goed huwelijk een stuk lager (5). Getrouwde mensen hebben over het algemeen een gezonder hart- en vaatstelsel (6). Veel stress en onenigheid kan zorgen voor toename van de ontstekingsstoffen in het bloed, terwijl een harmonieus huwelijk juist de ontstekingswaardes kan laten dalen (7). De kwaliteit van je relatie bepaalt voor een groot deel de staat van je immuunsysteem (8). Het is dan ook niet zo gek dat mensen met een gelukkig huwelijk gemiddeld ouder worden dan alleenstaanden (9, 10).

Je gezondheid wordt in grote mate beïnvloed door de mensen met wie je veel omgaat (11). Mensen met een stabiele liefdesrelatie ervaren minder stress (12). Onderzoekers zagen bij singles hogere testosteronspiegels en bij mensen met een relatie juist lagere spiegels van het stress-hormoon cortisol.

Gezonde gewoontes
Het spreekwoord “Waar je mee omgaat, daar raak je door besmet” is door wetenschappers bevestigd. Als één van de partners een positieve of negatieve verandering doorvoert, dan volgt meestal de ander ook na verloop van tijd (13, 14). Het is dus heel belangrijk om te beseffen dat we de gezondheid van onze partner kunnen beïnvloeden door onze eigen keuzen en gewoontes. Als één van beide gaat stoppen met roken, meer salades gaat eten of begint met sporten, motiveert dat de ander om mee te doen.

Veel huwelijke lopen op de klippen
Ruim 1 op de 3 huwelijken strandt (15). Op school wordt ons niet geleerd hoe je een relatie of huwelijk moet onderhouden en verzorgen. Zoals een tuin regelmatig aandacht nodig heeft om tot bloei te komen, zo hebben relaties dat ook (16). Een belangrijke oorzaak van problemen binnen een relatie is dat mensen een rugzak uit het verleden met zich meedragen. Mensen met veel negatieve ervaringen in de jeugd hebben vaker relatieproblemen (17).

Tips voor een gezonde relatie

Volgens psychologen is er veel dat je kunt doen om je relatie te verbeteren (18, 19):

Zorg voor afwisseling – Zowel gelukkige als ongelukkige koppels kunnen na verloop van tijd kwetsbaarder worden door de sleur (20). Daarom is het een goed idee om te zorgen voor voldoende variatie. Bezoek een nieuw restaurant, doe samen een cursus of ga naar het theater. Nieuwe dingen ondernemen brengt meer leven in de relatie.

Kijk goed naar jezelf – Het is gemakkelijk om de ander altijd de schuld te geven. Kijk eerlijk naar je eigen rol en neem daar verantwoordelijkheid voor. Bied excuus aan als je fout zit. Durf toe te geven waar je eigen zwakke punten zitten.

Spreek uit wat je aan de ander waardeert – Vaak zijn we geneigd om de ander te wijzen op de tekortkomingen. We blijven stil als de ander iets goed doet. Je zou ook dagelijks een moment kunnen nemen om elkaar te vertellen wat je goed vindt aan de ander. Zo komt er een positieve energie in de relatie.

Raak elkaar aan – Geef regelmatig een knuffel. Geef een zoen bij thuiskomst. Masseer elkaar op gezette tijden. Door fysiek contact maak je oxytocine aan, waardoor de band met de ander hechter kan worden (21).

Wees eerlijk naar elkaar – Zelfs een klein leugentje om bestwil kan het vertrouwen in de relatie schaden. Vertrouwen is de basis van een relatie. Beter een klap van de waarheid dan een kus door een leugen. Door eerlijk naar elkaar te zijn, zal je relatie alleen maar sterker worden.

Maak tijd voor elkaar – Het is heel belangrijk om regelmatig echt samen te zijn. Zonder de kinderen en de smartphone. Geef elkaar ook echt de aandacht als je samen bent. Een goede tip is om wekelijks samen iets leuks te doen, waarbij je om de beurt de ander verrast met iets nieuws.

Behoud je eigen leven – Als je af en toe tijd apart van elkaar doorbrengt, behoud je je eigen leven en identiteit. Je blijft dan interessant voor elkaar en jullie hebben elkaar dan ook weer nieuwe verhalen te vertellen.

De bovenstaande tips kunnen erg helpen, maar het belangrijkste is toch wel… Een goede communicatie!

Communiceren
Koppels die veel kibbelen en vervolgens wordt geleerd om beter te communiceren hebben naderhand lagere cortisolspiegels (22). Met communicatie wordt niet het overleg van alledaagse zaken bedoeld, maar het communiceren op een dieper niveau. Echt met aandacht luisteren naar de ander en kunnen delen wat er in je omgaat. Ik ben zelf alweer een tijd vrijgezel en ik denk dat als de communicatie in mijn relatie anders was geweest, dat dingen dan wel eens heel anders hadden kunnen lopen. Maar hoe kom je tot een goede communicatie?

Sinds mijn relatiebreuk ben ik meer boeken gaan lezen. Eén van de beste boeken die ooit geschreven zijn over het verbeteren van de communicatie binnen je relatie is ‘Getting the love you want’. Het boek is verschenen in 1988 en heeft sindsdien honderdduizenden huwelijken gered. Het boek is op Amazon door meer dan 800 mensen beoordeeld en krijgt bijna 5 sterren (23). Zelfs Opera Winfrey heeft toegegeven dat dit boek haar huwelijk heeft gered. Helaas zijn de meeste mensen de Engelse taal niet machtig, daarom heeft mijn uitgever besloten het boek te vertalen. Het boek Krijg de Liefde die je wilt (een gids voor het verbeteren van je relatie) komt eind deze maand uit en is nu al bij ons te bestellen. Met de code Liefde123 berekenen we geen verzendkosten. Klik hier voor meer informatie of om het boek te bestellen.

Mijn ik en mijn eeuwige ziel door Lisette Thooft

Moet je je van je ego verlossen om bij je ziel te kunnen komen, of is je ego juist een krachtbron om die andere bron in jezelf te vinden? Lisette Thooft ging te rade bij de spirituele psychiater Kees Schuurman.

Waarschijnlijk heb je het weleens gevoeld. Iedereen kent ze wel, die speciale momenten dat het gewone leven ineens lijkt open te gaan en je je bewust wordt van iets verhevens. Het kan je in een mooie kerkdienst overkomen, als je ineens overspoeld wordt door ontzag, of dankbaarheid. Of in de natuur, als schoonheid je sprakeloos maakt en je een brandend gevoel in je borstkas bezorgt. Maar ook op een onverwachte plek kan het je treffen. Lang geleden had ik het eens in een slagerij… Daar was ik om hart te kopen voor mijn kat, maar zelf was ik allang vegetariër. Ik stond te wachten op mijn beurt en ik luisterde naar het vriendelijke gekeuvel van de klanten en de mensen achter de toonbank, ik rook die typische weeïge geur van vlees, en ineens was het of ik daar overheen iets opmerkte dat heel wijd was en heel open, dat ver boven mijn normale gedachtetjes en oordeeltjes uitging, dat meer in de ruimte leek te hangen dan in mijn hoofd, maar dat me wel doordrong. Ik ‘wist’ (of iets in mij wist): er is alleen maar liefde. Ook hier. Het was een onvergetelijk moment, op een gewone zaterdagochtend.

Ze zeggen het allemaal, alle goeroes en alle heilige geschriften, dus het zal wel waar zijn: we hebben iets in ons dat ons kleine alledaagse zelfje overstijgt. Iets dat oneindig groter is dan wij, en dat toch bij ons hoort, sterker nog: dat we eigenlijk echt zijn, dat ons diepste wezen is. In de christelijke mystiek heet het de ‘Christus in je’ of de christus-natuur. Boeddhisten noemen het de boeddha-natuur. Ook wel bekend als ‘goddelijke vonk’ of ‘eeuwige ziel’ of ‘oneindig bewustzijn’. Vergeleken daarbij is ons normale ik-gevoel bijna onecht, en het wordt ook wel een masker genoemd, of een illusie.
Wie zich verenigt met zijn boeddha-natuur of innerlijke Christus, is helemaal echt, en dat heet: verlicht.
Zeggen ze.
Maar waar zit dat dan, dat grote, dat eeuwige? Waarom voelt mijn gewone ik zo gewoon en zo echt? Kan mijn ego mij ook helpen om dat wijdere deel van mijzelf te vinden? En zou ik er voor altijd mee kunnen samenvallen? Het zijn de grote vragen van de spiritualiteit.

Een bijzondere man die zich er ook mee bezighield, was psychiater Kees Schuurman. (Gerard Reve was ooit een van zijn dankbare patiënten.)

Door de spanningen die het leven als mens met zich meebrengt, de confrontatie met andere mensen en met de wereld, worden we steeds bewuster.

Schuurman leefde van 1898 tot 1979 en zijn taalgebruik is wat verouderd, maar zijn ideeën zijn tijdloos. In het boek Wat bezielt ons eigenlijk? wordt precies die vraag gesteld: wat kun je doen om het proces van verlichting op gang te helpen? Als ik het vertaal naar nu, luidt het antwoord ongeveer zo.

Dat hoeft helemaal niet, zegt Schuurman: het gebeurt namelijk al vanzelf. In elk mens is een enorm verlangen om tot dat diepere of hogere bewustzijn te komen – daarop zijn we als het ware gebouwd, dat zit in ons zenuwstelsel. We hebben twee diepste drijfveren: we willen aan de ene kant helemaal ons unieke zelf kunnen zijn, onszelf tot expressie brengen – en aan de andere kant de verbinding met het geheel kunnen voelen, die kosmische liefde die alles doordringt. Door de spanningen die het leven als mens met zich meebrengt, de confrontatie met andere mensen en met de wereld, worden we steeds bewuster. Want confrontatie met anderen brengt problemen met zich mee, en problemen doen ons lijden, en lijden brengt bewustzijn voort. Dat gaat net zolang door, totdat we een soort kristallisatiepunt van bewustzijn bereiken. Dan beseffen en voelen we dat we een uniek wezen zijn, en tegelijkertijd onlosmakelijk één met het geheel. Volgens Schuurman zal de hele mensheid ooit op dat uitgekristalliseerde niveau van ontwikkeling staan. Maar dat kan nog wel even duren.

Oké, fijn om te weten, maar nogal abstract hè. En wat kan ik er nu aan doen?
Je kunt, zegt Schuurman – en ik parafraseer weer uit het boek – je goede eigenschappen versterken en je pijn onderzoeken. Als je van nature een eerlijk mens bent, kun je hartstochtelijk op zoek gaan naar de waarheid. Als je liefdevol van aard bent, kun je steeds meer van mensen, dieren, de wereld en het leven gaan houden.
En die pijn?

Lijden is de brandstof van het bewustwordingsproces, zegt Schuurman. ‘Als er iets zeker is, dan is het dat deze wereld van bewustwording het lijden kent als haar dagelijks brood.’ Kijk naar waar je onder lijdt, adviseert hij. Want daar zit altijd ego in. Het ego lijdt als het voelt dat het iets kwijtraakt. Zolang je je verzet tegen lijden en pijn, zit je in je ego. Maar als je je pijn met oprechte belangstelling gaat onderzoeken, zul je ontdekken dat er ergens een hechting was, iets dat je beschouwde als van jou, een stuk bezit van jou, of een overtuiging waaraan je vasthield. Ergens aan vasthouden is de bron van het lijden.
Het leven zelf is namelijk nooit ergens aan gebonden, aan geen enkele vorm, geen enkele afgescheidenheid, geen enkele stabiliteit. Het leven is één immense, ongebreidelde stroom van afbraak van het oude en schepping van het nieuwe. En die diepe bron in onszelf, dat eeuwige bewustzijn, dat waarnaar we allemaal zoeken, is dat leven. Wij zouden dus in die stroom mee kunnen stromen, liefdevol meebewegend, aandachtig afbrekend en scheppend, zonder ons ergens aan vast te klampen. Niet aan een geliefde, niet aan een baan, niet aan onze gezondheid, niet aan een doel waarnaar we streefden, niet aan een emotie, nergens aan. In onze diepste of hoogste kern zijn wij totale vrijheid en tegelijkertijd totale eenheid met alles, totale liefde, zonder weerhaakjes.

Mooi gezegd, maar. Intussen zit ik hier met mijn ego, toch?
Ook het ego is eigenlijk onderdeel van die vrije en liefdevolle levensstroom. Of, in Schuurman’s woorden: ‘Begeerte is niet-begrepen scheppingskracht, onbewust gebleven oneindigheidsbesef, verborgen talent.’ En dat kun je benutten.
Stel dat je je eenzaam voelt en de eenzaamheid brengt je ertoe om een prachtig gedicht te schrijven over alleen-zijn en liefde voor anderen, oppert hij, dan ben je tijdens dat creatieve proces toch even verlost van je eenzame gevoel? Stel dat je jaloers bent op anderen en in plaats van te vitten en roddelen, van je huis een centrum maakt van gastvrijheid, dan word je vanzelf een positief mens. ‘Het wezen van begeerte is scheppingskracht,’ herhaalt Schuurman.
Dus ja, je ego is een krachtbron om bij je eeuwige ziel te komen, maar alleen als je tot het wezen doordringt van wat je ego je influistert.

Ga er maar aan staan. Maar eigenlijk is het allemaal ook heel gewoon: naar jezelf kijken, jezelf leren kennen, bewuster leven. En wie weet, breekt er ineens, vroeg of laat, iets open en overvalt je een moment van verlichting.

Schuurman formuleerde ooit zeven vragen die je jezelf kunt stellen als je ergens mee zit, en die te vinden zijn op de website van het Centrum voor Zelfbezinning (door hem opgericht):

  • Wat speelt er? Welk thema is nu het meest aan de orde?
  • Hoe leef ik tegenwoordig? Ga ik iets uit de weg of ga ik de confrontatie aan?
  • Wat is mijn aandeel in de situatie, mijn bijdrage aan de problemen?
  • Wat is van mezelf en wat is van anderen?
  • Wat is de rode draad – wat zijn de beslissende momenten in mijn leven?
  • Wat staat me te doen, wat komt uit die rode draad tevoorschijn als opdracht?
  • Waar ligt mijn uitdaging? Welke weerstanden moet ik overwinnen om die opdracht te vervullen?

Uit: C.J. Schuurman, Wat bezielt ons eigenlijk?

Met toestemming overgenomen uit het tijdschrift Verwondering.
Zie voor meer info: https://deverwondering.ncrv.nl/

Wat is waar?

Mijn leven lang stel ik mezelf de vraag: “wáár kijk ik nou eigenlijk naar?” Het is een ergerlijke vraag want het antwoord is nooit volledig noch bevredigend en vaak overweldigend. Het is ook de startvraag bij elke energetische vraag. Hoe meer ik de grootsheid van het antwoord durf te erkennen, hoe kleiner ik me voel en hoe minder toereikend mijn gewone intellect blijkt als verwerkingssysteem. De gelaagde informatie die je op een dergelijke vraag kunt ontvangen, is veel te gecomprimeerd om netjes door je denken te laten sorteren. En voordat je de boel van ‘instant weten’ naar ‘denken’ hebt overgeheveld, is het antwoord weer vervlogen….

Verwant aan deze vraag is: “wat is hiervan de bedoeling?” Gaandeweg ben ik die vraag gaan herformuleren naar “wat kàn een bedoeling zijn geweest?” zodat ik mezelf ruimte gaf om op zoek te gaan naar de oorsprong van hetgeen ik waarnam. De zogenaamde bron. Het ontstaanspunt van de uiteindelijke verschijning. Op dit beginpunt vind je ook het beste antwoord op je vraag.

WETENSCHAP ALS WAARHEID?

De plek waar ik dergelijke grote vragen hoopte te stellen en beantwoorden was in eerste instantie de universiteit. De manier waarop ik kennismaakte met de wetenschap, o.a. via psychologie, meetmethodieken en wetenschapsfilosofie, voelde helaas verre van bevredigend. Onbewust schakelde ik wetenschap gelijk aan waarheid maar ik zag na mijn afstuderen geen mogelijkheden voor mezelf binnen de muren van de universiteit. Het voelde te krap, te bevoogdend en eigenlijk daarmee te dogmatisch. Alsof een onzichtbare en eensgezinde macht aanstuurde op één geaccepteerde weg richting de waarheid. De weg van het controleren van omstandigheden, het isoleren van vraag en context en het reproduceren van resultaten. Dat kon ik helemaal niet en dus ging ik wat leukers doen. Inmiddels zien we vele wetenschappers de academische grenzen opzoeken, over de schreef gaan en in zichzelf wetenschappelijk onverenigbare tegendelen samenbrengen.  Innerlijke (en uiterlijke) vereniging van tegendelen vereist het overstijgen van de tegendelen vanuit een steeds ruimere waarheid.

Na mijn afstuderen ging ik op zoek naar zo’n omvattende waarheid en ik heb me sindsdien toegelegd op het bestuderen van energie. Ik wilde tegendelen leren verenigen en verwoorden via het intellect omdat het wat mij betreft onbestaanbaar is dat er iets ontkent of uitgesloten moet worden om een bruikbare waarheid te kunnen beschrijven.

IS ENERGIE WAARHEID?

Wanneer je energie beschrijft, beschrijf je eigenlijk de vormvrije dimensie van het leven, het fluïde aspect van de werkelijkheid. Met wetten, patronen en werking. Het deel van de realiteit dat altijd in beweging is en waar enerzijds-anderzijds de wetmatigheid is die alles beïnvloedt. Denken in goed en kwaad of waar en onwaar helpt je niet wanneer je energie beschrijft. Je moet het hebben over waardevol en beperking, mogelijkheid en remming, creatie en afbreuk of potentie en manifestatie. Het één leidt tot het ander. De ene kant creëert de andere kant. De angst maakt de motivatie mogelijk. De liefde maakt de pijn van verlies mogelijk. Unieke identiteit maakt afwijzing mogelijk. De aanwezigheid van iets toont de afwezigheid van al het andere. Dwangmatige wenselijkheid van het één duwt al het andere in de hoek van onwenselijk. Behoefte aan controle maakt afhankelijkheid, onbetrouwbaarheid en machtsmisbruik mogelijk. Wanneer je energie in kaart brengt gaat het altijd om een vollediger perspectief dan de waarneembare feiten. Het gaat over de beweeglijke realiteit die de feiten heeft voortgebracht en voortdurend zal veranderen.

Wanneer je energie beschrijft, beschrijf je eigenlijk de vormvrije dimensie van het leven, het fluïde aspect van de werkelijkheid. Met wetten, patronen en werking.

Aan de energetische kant van de realiteit kun je bovendien een hiërarchie van beweeglijkheid of snelheid onderscheiden; (intuïtief) weten is sneller dan denken, het zijn flitsen van informatie. Denken is sneller dan voelen en voelen is sneller dan handelen. Via voelen kun je in een enkel moment zeer veel ervaringsdetails opnemen. Je voelt weerstand, vaak ook redenen, wanneer iemand geen zin heeft om naar je te luisteren of je instructies op te volgen. Je voelt direct de hele karakterstructuur die achter de weerstand schuilgaat; vermoeidheid, rebellie, eigenwijsheid, arrogantie etc. Iedereen ontvangt op alle lagen informatie over de realiteit maar iedereen heeft zo zijn of haar ‘voorkeursingang’.

Mensen die graag en snel kunnen denken ergeren zich vaak aan de traagheid van voelers en doeners. Voelers en doeners houden meer rekening met de (on)mogelijkheden van het moment. Ze herkennen aspecten van de weerbarstige realiteit omdat ze degenen zijn die de immateriële plannen en ideeën moeten realiseren; materialiseren. ‘Weters’ hebben vaak ontzettend veel woorden en ‘werkgeheugen’ nodig om de grote hoeveelheden informatie te ‘vertragen’ naar woorden, zodat de informatie via het intellect met anderen gedeeld kan worden. Voelers voelen zich vaak opgejaagd door denkers en weters. Ze houden alvast rekening met de weerstand die ze al aanvoelen. Gedachten en verbeelding zijn nog zonder consequenties. Weerstand uit de realiteit vertraagt vervolgens de ‘informatiesnelheden’ die je kunt bereiken in de dagelijkse wereld.

Kortom, op het werkelijkheidsniveau van de voelers en de doeners, ontmoeten de materiële en de immateriële snelheden van de realiteit elkaar. Dat geeft frictie omdat de immateriële wereld veel sneller beweegt dan de materiële.

Om deze beweeglijke kant van de realiteit te kunnen beschrijven en te delen met elkaar, gebruiken we sinds mensenheugenis symbolen; archetypes, goden en godinnen, mythologie, metaforen, analogieën, spreekwoorden. Zodat ons intellect deze niet-logische, gelaagde en vaak chaotische dimensie van het bestaan kan volgen. Het symbool bevat een veel groter deel van de realiteit en kan vervolgens door het intellect rustig worden ‘uitgepakt’.

DE WAARHEID IN JE HART

Gelukkig kunnen we ons als mens in beide ‘kanten’ van de realiteit bevinden. Je hart vertegenwoordigt het bewustzijn in onszelf waar je zowel de beweging als de vorm kunt leren verdragen. Je hart combineert de materiële met de immateriële kanten van het leven. Het weten van je geest en de behoeften van je lichamelijke vorm. Je hart heeft respect voor de uniciteit van de ziel enerzijds en voor de behoefte aan zekerheid en wereldse erkenning van het ego anderzijds. Voor je spirit en voor je mens-zijn. Je hart gunt je de liefde en de lessen van je pijn. Je hart is potentieel in staat om alles te verenigen zodat niets en niemand meer ontkent hoeft te worden om je ‘veilig’ te voelen. Door je liefdeskwaliteiten te ontwikkelen, kun je in je hart innerlijk ruimte maken voor een steeds grotere waarheid. Een innerlijke ruimte die plaats biedt aan talloze perspectieven op de realiteit en deze verenigt.

En daar zouden we collectief bij gebaat zijn. Vanuit een ruim hart en vanuit ruimhartigheid kunnen we bijvoorbeeld de recente verkiezingsuitslag zien voor wat ze nog méér is en de vraag blijven stellen: “waar kijken we nou eigenlijk ècht naar?” Ik zie de uitslag als symbool voor o.a. de uitsluiting, angst voor tekorten en het gebrek aan invloed op het eigen leven die grote groepen mensen binnen onze samenleving ervaren. Bovendien zou je er het gedrag van ontevreden kinderen in  kunnen herkennen. Kinderen die zich nog individuele rechten toe-eigenen en zichzelf als middelpunt van het universum beschouwen. Tot een bepaalde leeftijd natuurlijk helemaal ok maar als je daarna niet verder emotioneel opgroeit, blijf je de rest van je leven stampvoetend eisen stellen. Op een abstracter niveau zie je hoe sinds de tweede wereldoorlog machtsstructuren veranderen; de kernboodschappen van religies en grote leiders worden bekender en toegankelijker. Individuen kunnen daardoor innerlijke autoriteit opbouwen en ontsnappen aan controle systemen. Degenen die willen, worden zich bewuster van hun vermogen om zelf vorm te geven aan hun leven en daarmee zelf de verantwoordelijkheid te dragen voor hun realiteit. Als je jezelf niet zo capabel voelt, zoek je echter altijd naar iets of iemand buiten jezelf om de schuld te geven.

Je zou deze groepen de symbolische spreekbuis kunnen noemen voor hen die deze verantwoordelijkheid niet kunnen, willen of durven dragen. Uitsluiting en tekorten waren er altijd al maar deze groep draagt impliciet deze boodschap uit namens hen die ook veiligheid, liefde, zorg, koestering en financiële zekerheid zouden willen ontvangen maar er geen toegang meer toe hebben. Deze spreekbuis groep is bovendien fysiek en geestelijk fit. Angstaanjagend dus! Als je goed luistert, hoor je voor- en tegenstanders dezelfde energetische noodkreet verkondigen.

Je hart vertegenwoordigt het bewustzijn in onszelf waar je zowel de beweging als de vorm kunt leren verdragen. Je hart combineert de materiële met de immateriële kanten van het leven. Het weten van je geest en de behoeften van je lichamelijke vorm.

BEWEGING ALS WAARHEID?

Onze leermodellen, zowel vanuit academische als religieuze voorschriften, hebben als vertrekpunt dat er een te kennen waarheid bestaat. Om deze te leren kennen volg je bepaalde richtlijnen en leefregels. Dit in tegenstelling tot de weg van de mysticus die ervan uitgaat dat er een niet-te-kennen waarheid bestaat. De mystieke tradities wijzen daarmee naar de eeuwig durende verandering als enige waarheid en leggen de nadruk op jouw innerlijke relatie tot die verandering. Deze relatie is door niemand anders te kennen noch te verifiëren. Deze relatie verdiept niet via regels maar via leegte, stilte en fases. Het steeds opnieuw afstand nemen van wat je denkt dat waar is zodat je het steeds opnieuw te weten kan komen.

Wanneer we deze fundamenteel verschillende zienswijzen toepassen op de huidige versplintering in de maatschappij, zien we dat we geen bewustzijnsmodel hanteren waarin waardering is voor ieders waarheid. Laat staan politieke, economische of spirituele besturingsmodellen. Vanuit mijn individuele perspectief kan ik verschrikkelijk dankbaar zijn dat ik nu niet in Mozambique leef en daarmee ieder ander die zeurt als ‘verwend’ bestempelen. Maar dat telt niet niet als je in je huidige individuele menselijke perspectief tekorten ervaart, zoals gebrek aan liefde, waardering, geld, veiligheid, vrijheid, aandacht, kansen, creativiteit, zelfexpressie etc etc. Dan is dat je waarheid en je perspectief. Vanuit het perspectief van tekort, heb je niets aan de ethiek van een ander, de verheven opvattingen van een wetenschapper of de strenge intellectuele dooddoeners van een politieke elite. Dat zijn ceremoniële dansjes die jouw realiteit niet verbeteren en je niet helpen. Het model van waar en onwaar, goed en slecht, verifieerbaar of herhaalbaar voegt niets toe wanneer er niet integraal gekeken wordt naar de niet verifieerbare beleving van mensen als reële vormkracht achter de feiten.

Wanneer we deze fundamenteel verschillende zienswijzen toepassen op de huidige versplintering in de maatschappij, zien we dat we geen bewustzijnsmodel hanteren waarin waardering is voor ieders waarheid.

DE HOLOGRAFISCHE WAARHEID

Ik pleit daarom voor een herdefiniëring van het bewustzijnskader waar en onwaar naar het zichtbare en onzichtbare deel van de werkelijkheid; beide kanten zijn tegelijkertijd waar èn incompleet. Enkel door ook de onzichtbare en altijd beweeglijke realiteit voor ‘waar’ aan te nemen, kun je de dynamiek van deze realiteit bestuderen en positief beïnvloeden. We hebben allemaal zintuigen die met deze onzichtbare kant contact maken en ik ben van mening dat we het aan onszelf verplicht zijn deze serieus te nemen en te ontwikkelen. Immers, enkel wanneer je bewustzijn en de energetische kant van het bestaan onderkent, kun je er in onderwezen worden. Dit gegeven maakt waarheid voor mij holografisch en dat betekent toch ten minste dat we als mens vanuit een 4e dimensie van waarnemen naar de immer veranderlijke 3D realiteit kunt kijken.

Tijdens energetische sessies werkt het precies zo. Ik spreek nooit namens dè waarheid en hetgeen ik vertel heeft als enige referentie naar waarheid de ‘resonantie’; herken je het en helpt het je? Helpt het je om een ander perspectief toe te voegen aan je huidige verhaal? Zodat je meer mogelijkheden gaat zien? Alleen door iemands verhaal uit te breiden, i.p.v. te ontkennen, krijgen emoties, frustraties, motivaties etc. een andere en hopelijk meer constructieve i.p.v. destructieve waarde voor iemand. Iemand verruimt daarmee zijn of haar hart en kan dan meer aspecten van het leven zonder weerstand ervaren. Zo blijft er meer energie over voor het ‘zelf’ en stroomt er minder weg naar het in stand houden van weerstand. Zo nemen uiteindelijk ook eigenwaarde en zelf-liefde toe. Iemand die zichzelf gelukkig kan maken, gunt dat anderen ook.

Ruimhartigheid, en ruimte voor andermans realiteit, begint als eerste bij jezelf. Niet bij anderen veroordelen omdat ze iets anders vinden of stemmen dan jij. Bijna iedereen heeft een goede reden om, vanuit hun individuele perspectief, bang, controlerend, haatdragend, verwond of beperkt naar het leven te kijken. Vanuit ruimhartigheid kun je vervolgens herkennen wat iemand kan helpen om het eigen tekort en gebrek aan te vullen. Ieder vredesaanbod in oorlogstijden begint met een gift, een cadeau, een zoenoffer om vereniging überhaupt mogelijk te maken.

Bijna iedereen heeft een goede reden om, vanuit hun individuele perspectief, bang, controlerend, haatdragend, verwond of beperkt naar het leven te kijken. Vanuit ruimhartigheid kun je vervolgens herkennen wat iemand kan helpen om het eigen tekort en gebrek aan te vullen.

Het is een collectief ‘verhaal’ dat we in strijd met onszelf en anderen moeten leven en niet als één soort, één geheel en in één waarheid met vele verschijningsvormen zouden kunnen samenleven. Het staat ons vrij om alles en iedereen vanuit goede intenties tegemoet te treden. Accepteren dat iets of iemand een onderdeel is van de huidige realiteit, ook als je het zelf liever anders ziet. Dat is niet naïef of romantisch; je hoeft de ander niet te wòrden, aan te moedigen of goed te keuren. Dat is wijsheid; een bewuste handeling om van daaruit de realiteit te beïnvloeden. Dat moet je niet alleen denken, dat moet je ook voelen en doen. Je moet het tot zichtbare realiteit maken. Daarmee draag je bij aan het herschrijven van het individuele en collectieve verhaal over de onverenigbare tegendelen. Energetisch kan het een niet zonder het ander bestaan. De groepsbundeling van woede kan niet voortbestaan als de ‘andere’ kant niet terug vecht maar oplossingen biedt. Diep luisteren naar de onderliggende individuele behoefte, nieuwsgierigheid en je afvragen waar je nou werkelijk naar kijkt, zorg dragen voor de ander zoals je voor jezelf zou willen zorgen geeft haat en polarisatie minder voeding. Zo werkt de energetische wet van communicerende vaten.

Aukje van de Vorstenbosch

https://aukjevandevorstenbosch.com/ 

 

Oog in oog met het Ongeborene

Teisho’s uitgesproken door Maurice Genko Knegtel Roshi tijdens de Izen Intensive 2018 in Eerbeek. Laatste deel (deel 7)

Om de zaak in deze teisho af te hechten, enkele dialogen van Bankei:

A party of monks came to stay at the temple. After meeting with Bankei each of them gave his understanding of the dharma. There was one who offered no opinion. Je hebt een groep mensen die uitdrukken waar ze mee bezig zijn en een persoon doet dat niet. Je denkt: arrogant!

What about you, asked Bankei. The monk answered: When I am cold, I put on some more cloth. When I am hungry I eat. When I get thirsty I have something to drink, that is all there is.

Well, then, Bankei said. Can you look at the others here and tell the depth of their understanding?

I can, the monk said.

Then tell me about the people next to you there. How do you size them up?

The monk said: Why don’t you say something about me personally?

Bankei: every word I have been speaking has been about you.

En waar spreekt Bankei over: het Ongeborene. Je kunt alleen een werkelijke connectie met iemand hebben in het Ongeborene, waar die ander intiem verbonden aanwezig is. Waar Bankei in veel dialogen aan refereert is zijn uitdrukking van de dharma, het heel precies kunnen duiden, schouwen waar iemand staat in het proces. Dat kan alleen op basis van het Ongeborene, het zit in je, onder je huid. Dat is intiemer dan ‘ík’. Op basis van het Ongeborene dragen we elkaar.

Er is tussen intieme vrienden, partners, leraar en leerling, op bepaalde momenten, als we uit onze groeven zijn gestapt en er ruimte ontstaat, dan is er dat ‘zeker weten’ waar die ander staat en hoe die ander is. Je weet dan ook wat je te doen hebt en moet zeggen. Je bent moeiteloos afgestemd.

I have been reciting the Lotus sutra for many years, says Shingetsu.

Who recites the sutra, asks Bankei. The one who pronounces the words, says Singetsu.

Who pronounces the words? Singetsu: eyes horizontal, nose vertical.

Wat is dit? Wat gebeurt hier? Dit is geleend. Dit is wat Dogen zei toen hij na drie jaar terugkwam uit China op Japanse grond.

Bankei says: Don’t give me that, swindler, ‘mafkees’. Now tell me, who pronounces the words?

Shingetsu hesitates.

Bakei says: If the teachers of our school do not posses the all discerning dharma eye, they can never become the teachers of man. Do have a share of that eye?

Singetsu: Well, I believe I have my share of it now.

Bankei says: Can you give me an assassment of each person at this galery?

Shingetsu: There is no one here. Each and every person sitting here is distinguished by certain qualities.

Niemand hier is ook de Ongeborene, alles is precies zoals het is. Als je daarin blijf hangen is er niemand hier. Maar dan zien we niet dat het Ongeborene is geïncarneerd in een vleesjas. Shingetsu zit vast in dat Ongeborene.

Aren’t you able to assess that? Bankei asks. Zie je die ander niet? Kijk nou!

Dan zegt Shingetsu: Can you?

Bankei zegt dan: If I couldn’t I might not even blunder into someone like you.

Als ik dat niet zou kunnen, dan zou ik niet eens kunnen zien waar jij vast zit. Dan zou ik niet kunnen zien of de pruim rijp is. Dat is precies voelen, op het juiste ogenblik. Dat is afstemmen, intunen, vanuit intimiteit de ander aannemen, de ander zijn voor wie hij of zij is. De ander dragen, invoelen, bij je houden, echt zien.

Het Ongeborene handen en voeten geven, laten incarneren in jouw vleesjas. Dat is ‘van de berg afdalen’. We kunnen ons realiseren dat we Boeddha zijn, maar pas als we dat werkelijk kunnen manifesteren in ons dagelijks handelen, als al onze handelingen werkelijk de handelingen van de Boeddha zijn, pas dan vallen we samen. Breng het Ongeborene terug naar de keukenvloer, breng het naar huis. Dit is de boodschap van Zen Meester Bankei.

Ik dank jullie!

Stromen en stokken

Teisho’s uitgesproken door Maurice Genko Knegtel Roshi tijdens de Izen Intensive 2018 in Eerbeek. Deel 6

‘In the Unborn, all things are prefectly resolved. I can give you a proof that they are. While you’re facing me listening to me speak like this, if a crow cawed or a sparrow chirped, or some other sound occurred somewhere behind you, you would have no difficulty knowing it was a crow or a sparrow; or whatever, even without giving a thought to listening to it, because you were listening by means of the Unborn. (…)’ The Ryumon-ji sermons, The Unborn, Zen Master Bankei, p. 40.

Het doel van spirituele pad is eenvoudigweg genieten. Eigenlijk is het vreemd dat we het doel van onze geestelijke beoefening zelden zo verwoord zien. En tegelijkertijd is het zo vanzelfsprekend. Als we stoppen met het vastzetten van onze energie op een object in de toekomst en stoppen met voorbij aan onszelf leven, dan keren we terug naar een ongehinderd functioneren vanuit het Ongeborene, waarin we worden gedragen en waardoor we worden bewogen. We leven niet meer in een kramp, maar als een ‘soepel lopend wiel’, de etymologische betekenis van sukha, ‘vreugde’. Deze vreugde wordt niet door objecten van buiten ons leven geconditioneerd, maar zit in ons leven zelf, in ons ongehinderde functioneren. Wanneer we weer werkelijk met onszelf samenvallen, genieten we onszelf, ons leven en alles wat zich daarin aandient.

Niet alleen genieten we ons leven, maar we zien de dingen ook zoals ze zijn. We zijn niet meer gefixeerd op onze eigen harde oordelen en hermetische denkbeelden, maar bewegen ons flexibel van situatie naar situatie, van denkbeeld naar denkbeeld, van gedachte naar gedachte. Levend vanuit het Ongeborene, zien we alles wat zich daarin aandient, precies zoals het is: zo, open, onbepaald, sunyata, ‘zonder substantie’. Anderen en situaties komen niet van buiten, ze verschijnen in het Ongeborene. Ze zijn niet gescheiden van mijn aanwezigheid op dit moment en ze zijn dus intiem met mijn leven verbonden. Als ik terugkeer naar mezelf, keer ik terug naar de werkelijkheid, precies zoals ze is. Vanuit die werkelijkheid beweeg ik mee op wat zich aandient, afgestemd in gevoel en gedachten op wat er is en wat ik heb te doen. Dit terugkeren naar mezelf, ondanks alles wat ik me onophoudelijk in mijn hoofd haal, tja, dat noem ik de ware levenskunst.

Zo levend, niet in een kramp, gescheiden van mezelf en gestrand in mijn eigen harde denkbeelden, maar vrij functionerend vanuit de eeuwigheid en openheid van het Ongeborene, word ik bewogen in vreugde en ontvang ik de schittering van alles wat is. Ik ben vrij om flexibel te bewegen van perspectief naar perspectief en geniet mijn intiem en aan den lijve ervaren. Ook als het allemaal niet meezit, is er voldoende innerlijke ruimte om mezelf nergens aan vast te pinnen. Totdat…

Totdat een oud patroon zichzelf weer uitrolt, ik vastloop in de oude, diepe sporen van bepaalde denkwijzen, ik mezelf andermaal afscheid van wie ik werkelijk ben en mijn energie vastzet in solide objecten buiten mijn leven in deze eeuwigheid. Nee, het doel is nooit voorgoed bereikt, maar het ligt hier, om telkens weer naar terug te keren.

Bankei spreekt (The Unborn, p. 56) op een ongekend heldere wijze over ons bevangen raken in onze concepten, oordelen, denkbeelden en verhalen. Het creëren van onwetendheid en illusie is de epistemologische oorzaak van duhkha, ‘lijden’, ze heeft te maken met wat we kennen en weten en in het bijzonder met onze onvermurwbare kennis en ons hard geworden weten.

Bankei analyseert ons creëren van illusie als volgt. Allereerst is er de ervaring zoals ze is, de ontmoeting met de ander, het zich voordoen van een situatie. Beide rijzen op uit het Ongeborene, zoals Bankei het noemt, ze ontstaan niet, ze komen niet, ze zijn er eenvoudigweg, ‘binnen’, niet onderscheiden van ons bestaan op dat moment en ze zijn zo, precies wat ze zijn, onbepaald, pre-reflectief, voorwoordelijk.

Dan treedt de natuurlijke beweging van ons bewustzijn op. We realiseren ons iets, de ander, de situatie die zich in onze aanwezigheid voordoet en dit is altijd dualistisch. Daarmee plaatsen we de ander of de situatie buiten onszelf. We zijn er nu van gescheiden. Vervolgens projecteren we een concept, oordeel, denkbeeld of verhaal op de ander of de situatie. Datgene dat van ‘buiten’ af op ons toekomt, doet ons denken aan iets soortgelijks, dat we in ons verleden hebben meegemaakt, of waarover we kennis menen te hebben. Bij de ander denken we: ‘Ah, dat is er zo een’, en plakken een oordeel op de ander zoals die is. Bij de situatie die zich aandient, denken we, ‘dit heb ik eerder meegemaakt, dit zal zich zus of zo voltrekken.’ Dit projecteren gebeurt vrijwel altijd volgens de strenge en diep ingesleten sporen van onze denkpatronen, onze gewoonte mensen en situaties nu eenmaal zo te zien en niet anders (onze ‘wijze van zien’, Sanskriet: drsti).

Wanneer we dit oordeel over de ander, of ons verhaal van de situatie fixeren, vastpinnen en vastleggen, en denken ‘zo is het’, dan identificeren we de onbepaalde en intieme oorspronkelijke ervaring met een bepaald en beperkt oordeel, denkbeeld of verhaal. Vervolgens maken we dit oordeel of verhaal tot realiteit en solidificeren daarmee onze eigen gedachteconstructie. Vanaf dit moment bevinden we ons in een illusoire werkelijkheid. We zijn bevangen en onwetend.

Als we vervolgens onze energie richten op en vastzetten in zo’n hermetische gedachteconstructie die we zelf tot werkelijkheid hebben gemaakt, verliezen we onze openheid en functioneert onze energie niet meer vrijelijk. We hebben geen contact meer met het Ongeborene, de bron, ons thuis, ons zelf en niet meer met de werkelijkheid zoals ze is. Ons leven verkrampt in hard geworden oordelen en denkbeelden, solide bakens die we ofwel najagen, ofwel uit de weg gaan. We zijn niet meer in staat om ons leven en wat zich daarin op intieme wijze aandient te genieten en waarderen.

 

(Wordt vervolgd)