Mijn soefi-leraar Fazal Inayat-Khan was iemand die een veld van liefde en acceptatie om zich heen had. In mijn begintijd binnen de gemeenschap die zich rond hem had gevormd, was ik vol verbazing over de uitzonderlijke karakters die zich in zijn gezelschap bevonden. Ik was in die tijd een nogal stijve, onvrije en defensieve loner en ik had al snel een mening over mijn medemens. Je moet wat als je jezelf niet kunt liefhebben. Door de mensen om me heen niet al te gunstig in te kleuren kon ik me op die manier wat aan ze optrekken.
Bij Fazal voelde je je opgenomen in een veld dat oprecht, accepterend en liefdevol was. En met ‘oprecht’ bedoel ik dat het veld schoon was. Er was geen sprake van paaien, of lovy-dovy-achtig geslijm, opgelegde moraliteit of sociale codering. Voor mij was het een bevrijding om te merken dat iemand mij op een diepe manier kon doorzien, voorbij mijn harnas en narcisme. Ik begon mijzelf in zijn omgeving langzaamaan anders te ervaren en ik kwam in een zekere ontspanning terecht. Datzelfde proces kon ik over de tijd waarnemen bij anderen – waarvan ik natuurlijk wel vond dat die veel verder van het pad aflagen dan ik. De ruimte die Fazal wist te scheppen vanuit zijn hart, ziel en geestelijke intelligentie was voor mij en vele anderen een helende ervaring.
Waardoor acceptatie op een diep niveau kan plaatsvinden wordt door het voorgaande heel duidelijk: Een liefdevol hart, zicht op de ander, eerlijkheid en geestelijke openheid. Het tegenovergestelde van die geestelijke openheid is defensiviteit. Je bent dan eigenlijk meer met jezelf bezig dan met een open verhouding aangaan met de ander.
Aangaande zelfbeschermend gedrag is er iets gaande in de collectiviteit en in de relatie tussen man en vrouw. De ander de maat nemen is van alle tijden, maar met de communicatiemiddelen van deze tijd kon het echt een vlucht nemen. Veilig van achter onze PC kunnen we het aardig bont maken. We zijn al snel vol ‘heilige’ verontwaardiging die vervolgens makkelijk kan ontsporen in veroordeling en agressie.
In het Westen is er tussen man en vrouw al ruim een halve eeuw een proces gaande waarin de vrouw haar eigenheid, zelf-standigheid, intelligentie en spiritualiteit vrij tot expressie kan brengen (ja, er is nog een weg te gaan!). Het is er daardoor absoluut leuker op geworden, spiritueler, waarachtiger en er is veel meer bewustzijn gekomen over waar het leven om draait. En wat is het hard nodig dat de vrouwelijke essentie weer opgenomen wordt in ons bestaan. Het voelt aan als regen op verdroogde aarde en die regen is nog wel even nodig.
Maar…in de acceptatie tussen man en vrouw loopt het niet echt lekker. In een groep nodigde ik ooit de schaduwkant uit van een wat verlegen vrouw en vroeg haar om over ieder van ons in de kring wat te zeggen in volle eerlijkheid. Dat werd een memorabele ronde, want ze was zo precies, zuiver en raak in haar zicht dat ze als vanzelfsprekend voorbij iedere defensie kwam en ons waarlijk ontmaskerde. Er werd ook hartelijk gelachen, wat in dit geval een goed teken was. Bevrijdingswerk. Een mooi voorbeeld van de positieve kant die het scherpe zicht van de vrouw kan hebben. Misschien ook exemplarisch voor de mogelijkheid dat ‘het zicht de vrouw’ nog altijd enigszins in de schaduw zit.
tekening Albert Hennipman
Een keerzijde van het vrouwelijke (zelf-)bewustzijns-opbloeien is dat in relaties de man onder een vergrootglas is komen te liggen. Alsof de vrouw opeens ziet dat de keizer geen kleren aan heeft. Er is van alles mis met de man – hij voldoet niet meer zo goed. En de kritische observaties van de vrouw worden ook nog eens met grote regelmaat naar hem uitgesproken. Manlief wordt de maat genomen. En ja, als je al licht kritisch naar hem gaat kijken dan kunnen heel veel zaken minder uitpakken dan je zou wensen.
Wat er bij mij in gesprekken met stellen regelmatig naar voren komt is dat de vrouw het pad van zelfinzicht op is gegaan of een spirituele scholing is gaan volgen (en als een vrouw daarvoor kiest dan kan het meteen met volle kracht vooruit gaan). De man voelt dat er anders naar hem wordt gekeken, zijn vrouw wordt assertiever en gedraagt zich steeds meer zelfstandig. Ze durft het achterste van haar tong te laten zien en hij wordt gaandeweg steeds meer onzeker. Er wordt iets van hem verwacht dat niet uit hemzelf voortkomt en als gevolg daarvan gaat hij in de verdediging. Hij krijgt verwijten naar zich toe als: ‘Ik werk hard aan mezelf, dat zou jij ook eens moeten doen!’ Of ‘ik kan niet met iemand samenzijn die niet spiritueel is’, ‘als je niet verandert of wat aan jezelf gaat doen, dan ga ik weg!’. Fantastische uitgangspunten om het niet goed met elkaar te hebben en uit elkaar te drijven.
Wij mannen (opeens is het ‘wij’) zijn gemaakt voor het veld van manifestatie. We zijn bouwers, we kunnen ordenen en in het levensonderhoud voorzien. Ook als we spiritueel begaafd zijn dan bouwen we dat uit. We starten een instituut, we construeren een pompeus gebouw, we stellen een hiërarchie in en trekken paarse mantels aan en zetten koddige mutsen op om onze geestelijke positie te bevestigen. Vormgeving, buitenkant, positie, zekerheid, controle, zorg. En we gebruiken veel woorden. Het veld van manifestatie, waar wij dus zo ons best in doen, komt uit spirit voort. Maar we zijn in onze vertaling van spirit ook een beetje aan het eind van ons Latijn gekomen. Al die vormen die we bedacht hebben zitten niet lekker meer. Wat we hebben gecreëerd schuurt en mist een ziel. Het lijkt er op dat niet wij maar de vrouw nu het voortouw heeft in het helpen indalen vanuit spirit van nieuwe waarden en nieuw zicht op wat menselijkheid inhoudt. Het is de vrouw die op dit moment voorgaat, niet met regeltjes, techniek en praktisch gericht korte termijn zicht, maar op een veel meer intrinsieke wijze. ‘Het Wezenlijk Initiatief’ ligt bij de vrouw.
Dat er in dit kader op fundamenteel niveau spanningen tussen man en vrouw kunnen ontstaan mag helder zijn. Wat ons in deze, op zich verblijdende ontwikkeling, tot hulp kan zijn is liefdevolle ruimtelijkheid en acceptatie van elkaar.
In een podcast vertelde een Amerikaanse vrouwelijke psychiater wat een omslag het in haar leven werd toen ze zich niet meer kritisch en bemoeierig ging verhouden tot haar man en dochters. Haar bewust ingezette acceptatie gaf veel meer open dynamiek, ontspanning, persoonlijke vrijheid en creativiteit in het gezin.
Het dicht op elkaar zitten en elkaar de maat nemen werkt in deze tijd niet goed. We zijn al overprikkeld en voelen ons snel aangevallen. Onze houding mag meer onderzoekend, ondersteunend, vragend, uitnodigend en vanuit onszelf zijn. De ander is ook maar een onvolkomen incarnatie in een onvolmaakte wereld.
Het is werkelijk waar dat er in deze tijd zich een kring van mensen aan het vormen is die leeft vanuit liefde, ruimtelijkheid, verbondenheid en het besef van ieders zo-zijn. Vanuit die zijnswaarden en de hartskwaliteit van deze kring kunnen de vele jonge kinderen opgevangen worden die in hun gevoeligheid in een hyper-staat verkeren en zich niet meer kunnen concentreren, evenals de vele volwassenen die los zijn geraakt van zichzelf. In ruimtelijkheid, acceptatie en liefde kan afvloeiing en opbouw plaatsvinden. Zo scheppen we harmonie, hartelijkheid en licht om ons heen.