Teisho’s uitgesproken door Maurice Genko Knegtel Roshi tijdens de Izen Intensive 2018 in Eerbeek. Deel 4
In een situatie, bij een ontmoeting is er allereerst het aldus gegevene, de situatie waarmee we volledig samenvallen en pas dan komt het onderscheid en de gedachte erover. De concepten komen later. We onderscheiden wel degelijk, een koe van paard en koffie van thee. Wat luistert er op het moment dat een kraai ‘kraa!’ roept. We proberen in woorden iets uit te drukken wat niet uit te drukken is. Woorden cirkelen ergens om heen. We luisteren door middel van het Ongeborene. Het is er altijd. Waar komt het vandaan? Geen idee. Waar gaat het heen? Geen idee. Het functioneert vrijelijk. Totaal ongebonden. Boeddha is het symbool voor waken, de Sanskriet wortel is budh, ‘waken’. Wie is de wakkere? We zijn allemaal Boeddha’s. allemaal ongeboren. Het Ongeborene zit heel dichtbij. Elk geluid, elke gedachte, elke beweging, alles vindt plaats in het Ongeborene. Dat is concreet wat er gaande is. Nu. En nu. Jullie maken gebruik van de immanente wijsheid van het Ongeborene, jullie kunnen een kraai van een spreeuw onderscheiden.
Een belangrijke zin is: ‘Even if it’s only one sermon, the person who realizes this Buddha Mind that everyone intrinsically possesses, is a living tathagata from that moment on!’
Als iemand voor zichzelf bevestigt dat deze ongeboren, verlichtende wijsheid de Boeddhageest is, dan wordt hij op dat moment de levende tathagatha, ‘de gemanifesteerde Boeddha’.
Dat we allemaal Boeddha’s zijn is inmiddels vastgesteld, maar als je het voor jezelf kunt bekrachtigen, ‘Ja zo is het, al mijn handelingen zijn bijzondere Boeddhahandelingen’, als je dat kunt bekrachtigen, dan ben je een tathagatha. Daarvoor ben je een Boeddha, maar je bent er nog niet helemaal zeker van. Dat is het grote belang van bekrachtiging, voor jezelf op een zeker moment daadwerkelijk vaststellen dat het zo is. Dan is alles wat we doen de Ongeborene.
Nu komt een interessante wending. Alles is Boeddhawerkzaamheid, maar de zaak kan ook vertroebeld raken. Dichtbij deze bron ben je in volkomen rust, zelfs in een storm. Dat is leven in het Ongeborene. Maar dan… Dan loop je levend in het Ongeborene, je loopt in volmaakte rust, je kunt koffie van thee onderscheiden, je beent de koffiezaal in, schenkt in volkomen sereniteit een mok in uit de koffiekan, neemt een slok en stelt vast: dit proeft niet als koffie! Er ontstaat onrust… Ik drink ’s ochtends altijd koffie! Ik heb betaald voor deze retraite, hoe kan ik functioneren als ik geen koffie heb. Wie is daar de schuld van? Hoe kan mij dit overkomen? Enz. De Meester is uit zicht.
Wat er nu gebeurt is: er is gewaarzijn van iets. Ik ben mij gewaar van wel of geen koffie. Er is een splitsing ontstaan in het Ongeborene. We moeten een splitsing kunnen maken, dat is belangrijk. Je moet dualistisch functioneren wil je het overleven. Als we in het Ongeborene blijven, gebeurt er niets. Je gaat niet en komt niet. Je blijft waar je bent. Je moet kunnen onderscheiden, besluiten nemen, etc. Bewustwording leidt tot splitsing. Als we dat vervolgens hard maken en daarop door gaan, dan belanden we in de illusie dat het ‘’ik’’ alles doet. Dan dwalen we af van het oorspronkelijke in rust zijnde Ongeborene. Elke dag komt dat koffiemoment. Van het rusten in openheid maken we een split en wordt het ‘ik’ een magneet waaraan alles blijft kleven. Vervolgens wordt alles naar buiten geprojecteerd. Bankei schrijft daar over:
‘The fact is, you want to get angry, so you’re getting yourself mad. If you hadn’t the least bad thought to begin with, no matter how much others provoked you, you surely wouldn’t get angry. But if, in you, feelings of anger and annoyance have already been formed, then, even though [the other people] don’t set out deliberately to say things to make you mad, you get carried away by the force of your own self-centeredness, lose your temper and insist, ‘I don’t say anything that’s untrue or improper!”
‘Your thoughts create the karma of the Three Evil Realms, while your demonic mind torments you. This is the fiery of self and self-created karma. One day, the Master addressed the assembly: All delusions, without exception, are created as a result of selfcenteredness.’
‘When you’re free from self-centeredness, delusions won’t be produced. For example, suppose your neighbors are having a quarrel: if you’re not personally involved, you just hear what’s going on and don’t get angry.’
‘Not only do you not get angry, but you can plainly tell the rights and wrongs of the case—it’s clear to you as you listen who’s right and who’s wrong. But let it be something that concerns you personally, and you find yourself getting involved with what the other party [says or does], attaching to it and obscuring the marvelously illuminating [function of the Buddha Mind]. Before, you could clearly tell wrong from right; but now, led by self-centeredness, you insist that your own idea of what’s right is right, whether it is or not. Becoming angry, you thoughtlessly switch your Buddha Mind for a fighting demon, and everyone takes to arguing bitterly with each other.’
‘Because the Buddha Mind is marvelously illuminating, the traces of everything you’ve done are [spontaneously] reflected. It’s when you attach to these reflected traces that you produce delusion. Thoughts don’t actually exist in the place where the traces are reflected, and then arise. We retain the things we saw and heard in the past, and when these come up, they appear as traces and are reflected. Originally, thoughts have no real substance. So if they’re reflected, just let them be reflected; if they arise, just let them arise; if they stop, just let them stop. As long as you’re not attaching to these reflected traces, delusions won’t be produced. So long as you’re not attaching to them, you won’t be deluded, and then, no matter how many traces are reflected, it will be just as if they weren’t reflected at all. Even if a hundred, or a thousand thoughts spring up, it will be just the same as if they never arose. It won’t be any problem for you—no thoughts to ‘clear away,’ no thoughts to ‘cut off.’ So understand this well!’
Het besef van het Ongeborene raken we maar al te gemakkelijk kwijt. Je bijt je vast in iets buiten je, misschien win je en haal je je gelijk naar jouw gevoel, maar waar gaat het uiteindelijk om? Het is er wel, maar je realiseert het je niet meer. Het besef is weg, je bent verblind. Bankei legt dit heel concreet uit. Dit is wat we met onwetendheid bedoelen in het boeddhisme. Het enige wat we zien is onze eigen strijd, ons streven, onze partijdigheid.
Het ego kun je een pop-up venster noemen. Hoe krijg je je eigen pop-up venster weg? Meester, hoe krijg ik dat venster weg? Hoe kom je terug in je Ongeboren geest. Via je je lichaam bijvoorbeeld. Je ademhaling. Je onderbuik. Je gevoel. Je zintuigen. Kijk, wat zie je nu? Voel wat voel je nu?
‘The moment you do turn into something else, you become an ignorant, deluded person. All illusions work the same way. By getting upset favoring yourself you turn your buddhamind into a fighting spirit and fall into a deluded existence of your own making. So what ever anyone else may do or say, whatever happens, leave things as they are, don’t worry yourself over that, don’t side with yourself, just stay as you are, right in the Buddhamind. Do not change it into anything else. If you do that illusions don’t occur and your are living in the Unborn mind, you are living, breathing firmly established Buddha. Don’t you see? You have a calculable treasure right at hand.’ (Wordt vervolgd)
De nieuwe Zen Cirkel in Utrecht begint op maandagavond 11 maart 2019. Informatie en opgave via https://izen.nl/zen-meditatie/
Maurice Knegtel is op zondag 24 februari te zien in de NCRV / KRO documentaire ‘Zie mij’ van regiseur George Schouten, over de betekenis van selfies. Voor een voorbeschouwing, klik https://bodhitv.nl/2019/01/31/kijk-mij-het-fenomeen-selfie-onder-de-loep/